Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen maakten zich de mannen van Israel en van Juda op, en juichten, en vervolgden de Filistijnen, tot daar men komt [57]aan de vallei, en tot aan de poorten van Ekron; en de verwonden der Filistijnen vielen op den weg van Saaraim, en tot aan Gath, en tot aan Ekron. 57. Van welken gesproken is vs.3. 58. Een stad, gelegen in den stam van Juda, gelijk te zien is Joz.15:36.